Verboden toegang voor (on)bevoegden (WPNR 2024/7457)
03-05-2024 | Categorie: Literatuur
Mr. P. Coppens
Het levenstestament wordt in toenemende mate deel van de alledaagse notariële praktijk. In de familierechtelijke praktijk betreft het zelfs de op een na meest gepasseerde akte. De KNB houdt sinds 2011 het Centraal Levenstestamentenregister (CLTR) bij waarin levenstestamenten kunnen worden geregistreerd. De praktijk leert dat de te hanteren werkwijze om te bepalen wie de ‘belanghebbende’ is die een uittreksel mag ontvangen niet helder is en zelfs schijnbare tegenstrijdigheden met zich meebrengt. Een combinatie van privacywetgeving en notariële zorgvuldigheidsverplichtingen maakt dat het verstrekken van informatie aan derden een kostbare of onmogelijke bezigheid wordt. Dit dient het rechtsverkeer allerminst en is derhalve onwenselijk.
De omschrijving van wie bevoegd is om informatie uit het CLTR te verkrijgen, zou heroverwogen moeten worden. Het proces dat onder huidige richtlijnen aangehouden dient te worden kan zeer tijdrovend en kostbaar zijn, zonder dat een verzoeker enige zekerheid krijgt dat tegenover deze kosten enige bruikbare informatie komt te staan. Het voorbehouden laten aan (kandidaat-)notarissen tot raadpleging van het CLTR lijkt de auteur wenselijk. Dit vormt al een iets grotere drempel voor kwaadwillende verzoekers en geeft de (kandidaat-)notaris de mogelijkheid om zelf tot dienstweigering over te gaan in de situaties die daarom vragen. Echter zou hij voorstander zijn van het aan eenieder kunnen verschaffen van bepaalde informatie uit het CLTR aan de verzoeker, met name het al dan niet geregistreerd zijn van een levenstestament en, indien opgesteld, bij welk kantoor de akte is gepasseerd. Voor een verdere inhoudelijke toetsing, zoals het bespreken van informatie die in het (al dan niet aanwezige) levenstestament vervat staat, blijft de toetsing vanzelfsprekend in stand, zoals de notariële geheimhoudingsplicht betaamt. Gevolg van deze ruimere opvatting van het begrip ‘bevoegde’ is dat de maatschappij sneller toegang verkrijgt tot beperkte maar nuttige informatie. Het aantal gerechtelijke procedures dat samenhangt met de wilsonbekwaamheid kan effectief worden teruggedrongen doordat men op voorhand al weet of een levenstestament is geregistreerd dat al in die situatie voorziet. Voor de behandelaar (en klant) wordt het behandelen van het verzoek een minder kostbare bezigheid en een verzoeker weet op voorhand in ieder geval dat enige bruikbare informatie gegeven wordt.
Wanneer u een abonnement heeft op SDU Opmaat, dan kunt u middels de link het complete artikel raadplegen: artikel WPNR 2024/7457.
Naar literatuur overzicht