De onverdeelde nalatenschap en box 3: een hoger forfaitair rendement dan de som der delen (Vp-Bulletin 2023/19)
12-05-2023 | Categorie: Literatuur
Mr. M.M.J. Schuurman van Nifterik
Bij het openvallen van een nalatenschap met meerdere bezittingen en schulden werd in box 3 vanuit praktisch oogpunt vaak volstaan met het gesaldeerd aangeven van de waarde van het erfdeel. De tot de nalatenschap behorende bezittingen en schulden werden (voor zover niet vrijgesteld) gesaldeerd en het aandeel van de erfgenaam hierin werd als saldopost aangegeven in box 3 onder de overige bezittingen. Met ingang van 1 januari 2023 is de Overbruggingswet box 3 in werking getreden. Op grond van deze wet is de berekening van het forfaitaire rendement in box 3 aangepast en (volgens de wetgever) voldoende in lijn gebracht met het Kerstarrest. In dit artikel gaat de auteur in op de gevolgen van dit nieuwe systeem voor een opengevallen nalatenschap, waarbij de verdeling en/of afgifte van de legaten nog niet hebben plaatsgevonden als een peildatum voor box 3 zich voordoet. Hierbij komen de verwerking van erfdelen en legaten aan de orde.
Een per 1 januari van een kalenderjaar nog onverdeelde nalatenschap en/of nog niet afgegeven legaten kunnen leiden tot een disharmonie in box 3. Zonder uitputtend te zijn, zijn de geconstateerde mismatches:
- Overbedelingschulden die bij overlijden van de langstlevende ouder vererven aan de schuldeiser die niet enig erfgenaam is;
- Schulden die vererven aan de schuldeiser die de nalatenschap beneficiair heeft aanvaard;
- De erfgenaam en legataris die mogelijk beiden niet voldoen aan de voorwaarden voor de vrijgestelde bezittingen in box 3;
- Het legaat van een geldbedrag, een vorderingsrecht dat wordt aangemerkt als overige bezitting terwijl het legaat geen rendement oplevert;
- De toerekeningsregeling voor verkregen box 3-vermogen door minderjarige kinderen leidt tot de bijzondere situatie dat de ouder onderlinge vorderingen en schulden in de eigen aangifte apart moet verwerken.
Er zou geen box 3-heffing moeten plaatsvinden indien en voor zover de schuld en vordering in dezelfde aangifte worden aangegeven. De forfaitaire spaarvariant mag er niet toe leiden dat als een erfgenaam of legataris een bedrag aan zichzelf verschuldigd is, hij hierover box 3-heffing verschuldigd is. Daarnaast is een bevestiging welkom dat de legataris de box-3-vrijstellingen kan toepassen. Voor het legaat van een geldsom is een oplossing lastiger, omdat er verschillende partijen zijn die ieder in hun eigen aangifte een vordering respectievelijk schuld opnemen. Er zijn dus tegenstrijdige belangen. Deze problematiek is vergelijkbaar met de schenking onder schuldigerkenningen tussen ouders en kinderen. Wellicht ligt daar de actie dan toch bij de erfgenamen en legatarissen om dit bedrag – indien mogelijk – voor de peildatum uit te keren.
Wanneer u een abonnement heeft op Vp-Bulletin via Kluwer Navigator, dan kunt u middels de link het complete artikel raadplegen: artikel Vp-Bulletin 2023/19.
Naar literatuur overzicht