Box 3: wat gebeurt er in 2023? (FBN 2022/47)

01-12-2022 | Categorie: Literatuur

Op Prinsjesdag is het voorstel ‘Overbruggingswet box 3’ bekendgemaakt. Met dit wetsvoorstel hoopt het kabinet de berekening van het voordeel uit sparen en beleggen in overeenstemming te brengen met het 'Kerstarrest' van de Hoge Raad. Het wetsvoorstel is een overgangsregeling voor de periode van 2023 tot en met 2025. Het kabinet koerst daarnaast op de invoering van een nieuw stelsel op basis van werkelijk gerealiseerd rendement met ingang van het belastingjaar 2026.  
In de voorgestelde overgangsregeling wordt de berekening van het voordeel uit sparen en beleggen aangepast en gebaseerd op de voor het rechtsherstel gekozen oplossing: de forfaitaire spaarvariant. In tegenstelling tot de huidige box 3-wetgeving, waarbij wordt uitgegaan van een forfaitaire samenstelling van het vermogen (de omstreden vermogensmix), wordt in de forfaitaire spaarvariant gekeken naar de werkelijke samenstelling van het vermogen. Er worden drie categorieën onderscheiden: banktegoeden, overige bezittingen en schulden. Bij de spaarvariant wordt bij de berekening van het inkomen in box 3 nog steeds uitgegaan van forfaitaire rendementen.
Voor de categorie banktegoeden wordt aangesloten bij de gemiddelde drie maands-depositorente van huishoudens in Nederland. Voor de categorie overige bezittingen wordt het forfaitaire rendement, net zoals nu, gebaseerd op een vijftienjarig voortschrijdend gemiddelde van een drietal rendementen. Voor schulden wordt aangesloten bij het gemiddelde rentepercentage van het lopende jaar van het totaal uitstaande bedrag aan woninghypotheken van huishoudens. In afwijking van het huidige systeem zijn de definitieve forfaitaire percentages voor banktegoeden en schulden dus niet vóór de peildatum bekend maar kunnen zij pas na afloop van het belastingjaar definitief worden vastgesteld. Op basis van het Belastingplan 2023 wordt het tarief voor box 3 verhoogd: voor 2023 gaat het naar 32%, in 2024 naar 33% en in 2025 naar 34%. Het heffingvrij vermogen gaat van € 50.650 naar € 57.000 in 2023. Om belastingontwijking tegen te gaan komt er een antimisbruikregeling: de peildatumarbitragebepaling. Deze bepaling zorgt ervoor dat rond de peildatum het tijdelijk omzetten van overige bezittingen naar banktegoeden of het tijdelijk aangaan van schulden, waardoor de waarde van de banktegoeden navenant wordt verhoogd, niet leidt tot een lagere belastingheffing.
De introductie van de spaarvariant zoals deze vanaf 2023 is beoogd heeft impact op een aantal in de huidige praktijk bestaande situaties:

• banktegoeden
• schulden
• hypotheek in box 3
• papieren schenkingen
• samenstelling vermogen
• laagrenderende beleggingen naar de BV
• verhuurd onroerend goed

Het voorstel Overbruggingswet box 3 heeft ook impact op de behandeling van onderlinge vorderingen en schulden van partners in box 3. Volgens het wettelijk systeem konden deze worden gesaldeerd. In de spaarvariant worden zij als overige bezitting en schuld volgens de voorgestelde methodiek behandeld, wat doorgaans leidt tot meer box 3 belasting.

Wanneer u een abonnement heeft op SDU Opmaat, dan kunt u middels de link het complete artikel raadplegen: artikel FBN 2022/47.