Aanwas bij (on)voorwaardelijke erfstellingen (KWEP 2022/4)
01-03-2022 | Categorie: Literatuur
Mr. dr. R.E. Brinkman
Een fideicommissaire erfstelling lijkt veel op een gewone erfstelling, maar kent bij aanwas en plaatsvervulling meer voetangels en klemmen. Op de temporele problemen van verticale doorschuiving ging de auteur al eerder in. Met verticale doorschuiving bedoelt hij wat de wetgever plaatsvervulling noemt. Thans richt hij zich op vragen rondom aanwas. Daartoe zal de auteur eerst kort het verschil onderzoeken tussen verticale doorschuiving en aanwas. Voorts wordt dieper ingegaan op de aanwas als bedoeld in art. 4:48 BW. Vervolgens wordt een aantal gevallen behandeld waarin aanwas zou kunnen optreden bij fideicommissaire erfstellingen. Het artikel sluit af met een conclusie.
Een deel van de wettekst in het Ontwerp Meijers (‘wanneer in eenzelfde uiterste wil onderscheiden personen tot de ganse nalatenschap [of] tot hetzelfde erfdeel (…) worden geroepen’) is duidelijker dan de ‘vereenvoudigde’ wettekst van het tot wet geworden huidige art. 4:48 BW (‘wanneer twee of meer personen tot hetzelfde (…) zijn geroepen’), als de erflater in de erfstelling meerdere personen gezamenlijk tot een bepaald erfdeel roept. Beschikt de erflater niet over de gehele (of ‘ganse’) nalatenschap, dan doet hij er verstandig aan te bepalen of er aanwas optreedt ten behoeve van de andere benoemde erfgenamen, als de beschikking voor een van de benoemde erfgenamen geen gevolg heeft. Verder mag aangenomen worden dat verticale doorschuiving (plaatsvervulling) in beginsel vóór aanwas gaat.
Bij de fideicommissaire erfstelling roept de aanwasregeling ook vragen op. De les die uit de behandeling van bovenstaande casuïstiek getrokken kan worden, is dat de testateur (lees: notaris) goed regelt onder welke voorwaarden welke personen geroepen zijn. In de situatie dat er twee of meer bezwaarden zijn, rijst de vraag of de aangewezen verwachters onvoorwaardelijk moeten erven als de beschikking voor de betreffende bezwaarde geen gevolg heeft of dat het erfdeel van die bezwaarde aanwast bij de andere bezwaarden of dat één of meer derden in zijn plaats treden. In de situatie dat er één bezwaarde en twee of meer verwachters zijn, rijst de vraag of de voorwaarde ‘per verwachter’ aan zijn erfdeel is gekoppeld. Tot slot roept ‘afstand’ door een verwachter (na het aanvaarden van de nalatenschap) de vraag op wie daar beter van wordt: de overige verwachters of de bezwaarde.
Wanneer u een abonnement heeft op KWEP via Kluwer Navigator, dan kunt u middels de link het complete artikel raadplegen: artikel KWEP 2022/4.
Naar literatuur overzicht