Familiebank vanaf 2022: een fiscale molensteen? (FBN 2020/17)
13-05-2020 | Categorie: Literatuur
Mr. E. Loendersloot en mr. D.T.J. Driessen
In een brief van 6 september 2019 aan de Tweede Kamer heeft de Staatssecretaris van Financiën zijn plannen voor aanpassing van het box 3-stelsel in de inkomstenbelasting geschetst. De beoogde ingangsdatum van de plannen is 1 januari 2022. De auteurs gaan in op de gevolgen van deze plannen voor de zogeheten Familiebank. Het gaat dan om leningen, verstrekt in familieverband, aan een debiteur die eigenaar is van een woning. Voorkomen moet worden dat de te betalen rente fiscaal als te hoog of te laag wordt bestempeld, aangezien dit heffing van schenkbelasting tot gevolg kan hebben. Maatstaf is daarbij de rente die commerciële marktpartijen bij vergelijkbare leningen hanteren. Bij dat laatste speelt een rol of er al dan niet hypothecaire zekerheden gevestigd worden. Als dat niet het geval is, moet aansluiting gezocht worden bij de hoge(re) marktrentes die gelden voor persoonlijke kredieten. Alleen als hypothecaire zekerheden zijn verleend, mogen de zeer lage marktrentes voor hypothecaire leningen als ijkpunt gebruikt worden, thans 1,6%.
In de schets voor het nieuwe box 3-stelsel 2022 wordt het box 3-tarief verhoogd van 30% naar 33%, terwijl voor het veronderstelde rendement voor beleggingen (niet zijnde spaargeld) uitgegaan wordt van een fictief rendement van 5,33%. Dat leidt tot een belastingdruk van 1,7589%. Dat ligt dus hoger dan de 1,6% marktrente voor leningen verstrekt mét hypothecaire zekerheid. Daalt de marktrente voor hypothecaire leningen nog verder, dan zal het (negatieve) verschil tussen het daadwerkelijke rendement en de te betalen belasting nog groter worden. Alleen door voor meer dan tien jaar een vaste rente af te spreken en/of door geen hypothecaire zekerheid te bedingen, is een hoger rendement haalbaar. Maar in het laatste geval loopt de crediteur een groter risico dan een commerciële partij aanvaardbaar zal achten.
Voor het geval de gevolgen zo uitpakken als geschetst worden twee mogelijke oplossingen beschreven om de negatieve gevolgen te mitigeren. Er zullen families zijn die helemaal af willen van de problemen die vanaf 2022 kunnen ontstaan rondom de Familiebank. Een eerste oplossing voor hen is om gebruik te maken van hetgeen in het notariaat bekend staat als de Gouden Jubelton. Althans, als aan de voorwaarden voldaan wordt. Een alternatief is de oversluiting van de lening bij een commerciële marktpartij. Het door de ouders terug ontvangen bedrag kunnen zij tot een bedrag van € 440.000 op een spaarrekening stallen zonder dat zij daarover in box 3 inkomstenbelasting hoeven te betalen.
Wanneer u een abonnement heeft op SDU Opmaat, dan kunt u middels de link het complete artikel raadplegen: artikel FBN 2020/17.
Naar literatuur overzicht