Heeft het Radar(+)-testament de toekomst? (FTV 2020/9)
12-05-2020 | Categorie: Literatuur
Mr. dr. R.E. Brinkman
Op 1 maart 2010 ging het programma Radar over de erfbelasting. De analyse over de heffing van erfbelasting in een ‘standaardsituatie’ van een echtpaar, van wie één van beiden overlijdt met achterlating van twee kinderen, veroorzaakte een enorme hype: er werden naar aanleiding van die uitzending tienduizenden testamenten – wat in het notariaat later ook wel is gaan heten Radar-testamenten – opgesteld. Het doel van het Radar-testament, waarin de langstlevende tot enig erfgenaam onder ontbindende voorwaarde wordt benoemd (en de kinderen tot erfgenamen onder opschortende voorwaarde), is: geen erfbelasting betalen als één van de ouders overlijdt. Dat houdt verband met het feit dat dit type langstlevende testament, in tegenstelling tot de hierna nog te bespreken andere langstlevende testamenten, is ‘gedefiscaliseerd’ voor de erfbelasting. Dat betekent dat er bij het overlijden van één van de ouders nog geen erfbelasting wordt geheven, maar dat deze wordt uitgesteld tot het overlijden van de langstlevende.
De auteur roept de wetgever op om het systeem van de Successiewet te wijzigen, zodat de gemiddelde Nederlander niet ‘gedwongen’ wordt om een Radar-testament op te stellen, als hij de defiscalisering van de kindsdelen wil bewerkstelligen. Als in ieder geval de wettelijke verdeling, maar mogelijk ook het vruchtgebruik-testament, wordt gedefiscaliseerd, wordt het erfrecht pas echt eenvoudig en sluit dat aan bij het gevoel van de gemiddelde Nederlander en bij de ‘economische werkelijkheid’, waarin belasting pas betaald wordt als het vermogen waarover belasting betaald wordt, ook echt in handen van de verkrijger komt.
Wanneer u een abonnement heeft op SDU Opmaat, dan kunt u middels de link het complete artikel raadplegen: artikel FTV 2020/9.
Naar literatuur overzicht