Een schenking voor een eigen woning en gehuwd of samenwonend? Wat zijn de gevolgen? (FTV 2019/11-12)
26-02-2020 | Categorie: Literatuur
Mr. C.M.J.F. van Gorp en mr. M.L. Neve
Vergoedingsrechten kunnen ontstaan tussen samenwoners en gehuwden, bijvoorbeeld als één van hen een eigenwoningschenking ontvangt of privégeld gebruikt voor de (gezamenlijke) eigen woning. Er wordt met de vergoedingsvorderingen geen rekening gehouden bij de bepaling van ieders eigenwoningreserve.
Een uitsluitingsclausule heeft voor in de algehele gemeenschap van goederen gehuwde echtgenoten geen gevolgen voor toepassing van de schenkingsvrijstelling. De schenking moet worden gebruikt om een eigen eigenwoningschuld af te lossen. Het is dus niet mogelijk een eigenwoningschuld van de partner af te lossen. Als een van de echtgenoten gehuwd in de wettelijke gemeenschap van goederen uitgesloten vermogen heeft verkregen en dat vermogen in de woning – behorend tot de huwelijksgemeenschap – heeft gestopt, ontstaat een vergoedingsvordering.
Door de eigenwoningschenking ontstaat een (latente) eigenwoningreserve, die naar de mening van de auteurs aan beide partners wordt toegerekend. Hoewel de partner van de begiftigde geen voordeel heeft van de schenking, wordt deze dan wel geconfronteerd met een eigenwoningreserve waarvoor hij/zij geen hypotheekrenteaftrek heeft. De auteurs roepen de wetgever/staatssecretaris op dit op te lossen door te regelen dat vergoedingsrechten geen gevolgen hebben voor de eigenwoningreserve. In de tussentijd zal de praktijk zich waarschijnlijk moeten redden met een draagplichtovereenkomst, al is daarvan volgens de auteurs ook niet zeker of dit de gewenste gevolgen voor de eigenwoningreserve heeft bij einde van de relatie of verkoop van de woning.
Wanneer u een abonnement heeft op SDU Opmaat, dan kunt u middels de link het complete artikel raadplegen: artikel FTV 2019/11-12/39.
Naar literatuur overzicht