Nalaten van een bovenmatige schuld (KWEP 2019/26)
31-01-2020 | Categorie: Literatuur
Mr. drs. J.A. Bult
Op 4 maart 2019 is het (concept)wetsvoorstel ‘Wet excessief lenen bij eigen vennootschap’ samen met de memorie van toelichting (MvT) ter internetconsultatie aangeboden. Middels het belasten van schulden bij de eigen vennootschap van meer dan € 500.000 (de bovenmatige schuld) beoogt de wetgever het excessief lenen te ontmoedigen. Het totale bedrag dat onder de regeling valt bedroeg in 2016 naar schatting € 25 miljard, zodat aangenomen mag worden dat de bovenmatige schuld in menig nalatenschap van een dga een passivum zal zijn. In deze bijdrage bespreekt de auteur een aantal gevolgen van het wetsvoorstel voor de schenk- en erfbelasting, inkomstenbelasting en Boek 4 BW.
Wanneer het wetsvoorstel wordt aangenomen zal bij de vererving van een AB de bovenmatige schuld vanaf 1 januari 2022 een belangrijke rol kunnen gaan spelen. Opvallend is dat in de MvT met geen woord wordt gesproken over de gevolgen bij overlijden. De som van de belastingheffing over het verkregen aanmerkelijk belang en over de bovenmatige schuld kan namelijk fors oplopen. De ervaring leert dat wanneer de belastingdruk als (te) hoog wordt ervaren, dit ontwijkgedrag uitlokt. Een aanvullende voorziening in de Invorderingswet 1990 zou de praktijk tegemoetkomen en is wenselijk. De bovenmatige schuld is voor de praktijk een nieuw fenomeen. Desalniettemin is een kleine waarschuwing op zijn plaats: ‘let op, geld lenen kost geld!’.
Wanneer u een abonnement heeft op KWEP via Kluwer Navigator, dan kunt u middels de link het complete artikel raadplegen: artikel KWEP 2019/26.
Naar literatuur overzicht