Het fideicommis: over de rechtspositie van de bezwaarde en de verwachter en het aanvaarden van een voorwaardelijke erfstelling (II, slot) (WPNR 2011/6895)
04-08-2011 | Categorie: Literatuur
Mr. R.E. Brinkman
In deze tweedelige bijdrage gaat de auteur in op de rechtspositie van de bezwaarde en de verwachter bij fideïcommissaire erfstellingen. De hoofdvraag die telkens terugkomt is: wanneer kan of moet de verwachter zijn keuze tot aanvaarden of verwerpen uitbrengen en welke gevolgen heeft dit?
In dit tweede deel wordt het fideïcommis de residuo besproken. Als eerste wordt ingegaan op welke voorwaarden gelden bij een fideïcommis de residuo. Vervolgens wordt de hoofdvraag behandeld. Daarna gaat de auteur in op de gevolgen van een zuivere en beneficiaire aanvaarding door de verwachter en hoe de voorwaarde van het 'overschot' uitwerkt. In een volgende paragraaf wordt ingegaan op het zuivere fideïcommis. De verschillen tussen het zuivere fideïcommis en het fideïcommis de residuo worden daar uiteengezet. Daarna gaat de auteur in op de vraag of een verwachter door het uitoefenen van rechten en bevoegdheden daden van zuivere aanvaarding verricht. De volgende paragraaf gaat in op de verklaring van erfrecht: wat moet daarin vermeld worden bij een fideïcommis? De bijdrage wordt afgesloten met een conclusie.
Naar literatuur overzicht