Een mooie stap vooruit: het fideicommis en de kadastrale registratie (JBN 2019/23)
02-05-2019 | Categorie: Literatuur
Mr. R.E. Brinkman
Voor registergoederen bepaalt art. 3:17 lid 1 aanhef en onder b BW dat de erfopvolging ingeschreven kan worden in de openbare registers. Tot voor kort was in de kadastrale registratie niet zichtbaar dat bij een vererving op grond van een fideicommis de bezwaarde verkrijgt onder bezwaar van het fideicommis. Sinds het arrest van de Hoge Raad van 3 juni 2016 (ECLI:NL:HR:2016:1046), waarin werd geoordeeld dat ook de eigenaar onder opschortende voorwaarde een recht (en niet slechts een verwachting) heeft, dient tot vreugde van de auteur de voorwaardelijke eigendom zichtbaar te worden gemaakt in de kadastrale registratie. Het kadaster heeft ervoor gekozen in de registratie niet de verwachters bij name te noemen, maar slechts in abstracto melding te maken van het fideicommis bij het (eigendoms)recht van de bezwaarde. De auteur gaat in op de vraag welke informatie derhalve bij een fideicommissaire erfstelling in een verklaring van erfrecht moet worden opgenomen. Het is belangrijk en volgens de auteur zelfs verplicht dat de notaris de (fideicommissaire) ontbindende voorwaarden opneemt in de verklaring van erfrecht. Ook daarbij geldt dat de notaris niet per se de verwachters bij name hoeft te noemen. Wel dient de notaris te vermelden of de bezwaarde bevoegd is de goederen van de nalatenschap te vervreemden en/of te bezwaren.
De auteur maakt ten aanzien van de kadastrale registratie nog een aantal opmerkingen:
- is sprake van een fideicommissair legaat onder ontbindende en opschortende voorwaarde en wordt hangende de voorwaarde slechts aan de bezwaarde geleverd, dan zou een aantekening daarvan in de kadastrale registratie niet misstaan;
- in het geval van een fideicommissair legaat onder ontbindende en opschortende voorwaarde zou het mooi zijn als de erfgenamen ook bij name als eigenaren onder opschortende voorwaarde in de betreffende akte en in de kadastrale registratie worden genoemd;
- is sprake van een fideicommissair legaat, waarbij het legaat aan de ‘bezwaarde’ onvoorwaardelijk is en alleen de verwachter het legaat onder (opschortende) voorwaarde verkrijgt, dan hoeft geen aantekening in de kadastrale registratie te worden geplaatst;
- is sprake van een fideicommissair legaat en wordt zowel aan de bezwaarde als aan één of meer van de verwachters geleverd, dan zouden zowel de bezwaarde als de betreffende verwachter(s) in de kadastrale registratie genoemd moeten worden.
Bij andere goederen speelt in geval van een fideicommis iets soortgelijks. De auteur hoopt dan ook dat de notaris de aantekening van het fideicommis ook inschrijft in het aandeelhoudersregister van de rechtspersoon en dat banken de mogelijkheid bieden om bij de tenaamstelling van een bankrekening ook de hoedanigheid ‘bezwaarde van een fideicommis’ te vermelden.
Wanneer u een abonnement heeft op SDU Opmaat, dan kunt u middels onderstaande link het complete artikel raadplegen: artikel JBN 2019/23.
Naar literatuur overzicht