Legaat van vruchtgebruik op huis en haard en verkrijging van het vruchtgebruik door verjaring (FTV 2018/41)
27-12-2018 | Categorie: Literatuur
Mr. dr. B. Hoops en mr. J.M. van Anken
Stel dat de erflaatster de kinderen tot enige erfgenamen heeft benoemd en aan de langstlevende echtgenoot een recht van vruchtgebruik op roerende en onroerende zaken en bankrekeningen heeft toegekend. Indien dit gelegateerde recht van vruchtgebruik vervolgens niet wordt gevestigd, rijst de vraag naar de juridische positie van de langstlevende. Dit artikel zet uiteen of de langstlevende na verloop van tijd een recht van vruchtgebruik door verjaring kan verkrijgen en wat de gevolgen zijn als de langstlevende de betreffende goederen verteert of daarover beschikt.
Allereerst worden de vestigingsvereisten van een recht van vruchtgebruik behandeld. Vervolgens wordt de vraag beantwoord of het vorderingsrecht van de langstlevende uit hoofde van het legaat kan verjaren. Aangezien dit inderdaad na verloop van twintig jaar geschiedt, rijst de vraag of de langstlevende een goederenrechtelijk recht heeft verkregen door verjaring. Daarvoor wordt eerst de verkrijging van eigendom en gerechtigdheid door verjaring behandeld en vervolgens de verkrijging van een vruchtgebruik door verjaring. Wanneer hiervan geen sprake is, dan zou de langstlevende een beroep kunnen doen op de bevrijdende verjaring van de rechtsvorderingen van de erfgenamen, bijvoorbeeld de rechtsvordering wegens onrechtmatige daad. Vervolgens staat het artikel stil bij de gevolgen wanneer de langstlevende goederen verteert of over goederen beschikt. En wanneer de erfgenamen over goederen beschikken. Om vruchtgebruik door verjaring te verkrijgen moet de langstlevende de inboedel drie jaar en de woning en de bankrekeningen twintig jaar exclusief hebben gebruikt. Kloppen eventuele schuldeisers van een erfgenaam vóór het verloop van de verjaringstermijn aan of beschikken de erfgenamen voor dat verloop over de goederen, dan raakt de langstlevende zijn rechten kwijt. Conclusie van de auteurs is derhalve dat altijd moet worden toegezien dat legaten van vruchtgebruik daadwerkelijk worden uitgevoerd en het vruchtgebruik wordt gevestigd.
Naar literatuur overzicht