De rechtskeuze staande huwelijk in huwelijkse voorwaarden volgens de EU Verordening huwelijksvermogensrecht (JBN 2018/53)

22-11-2018 | Categorie: Literatuur

Na 29 januari 2019 moet de Nederlandse notaris rekening houden met nieuwe ipr-regels bij het maken van huwelijkse voorwaarden staande huwelijk voor internationale echtparen. Deze regels zijn anders dan de bestaande conflictregels. De EU Verordening huwelijksvermogensrecht treedt 29 januari 2019 in werking voor de lidstaten België, Bulgarije, Cyprus, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Tsjechië, Italië, Kroatië, Luxemburg, Malta, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Slovenië, Spanje en Zweden. De EU Verordening huwelijksvermogensrecht is alleen geldig voor huwelijken gesloten na 29 januari 2019 of wanneer echtgenoten na 29 januari 2019 een rechtskeuze uitbrengen. In dat laatste geval geldt de EU Verordening huwelijksvermogensrecht alleen voor de rechtskeuze en de nieuwe huwelijkse voorwaarden. De auteur bespreekt de conflictregels van de EU Verordening huwelijksvermogensrecht en in hoeverre deze regels afwijken van de huidige conflictregels uit het Haags Huwelijksvermogensverdrag 1978 voor de rechtskeuze en huwelijkse voorwaarden die staande huwelijk worden gemaakt. De vraag welk recht voorafgaande aan het uitbrengen van de rechtskeuze op het huwelijksvermogensregime van de echtgenoten van toepassing is, blijft onderworpen aan de oude conflictregels van het Haags Huwelijksgevolgenverdrag 1905, het Chelouche/van Leer-arrest of het Haags Huwelijksvermogensverdrag 1978. De EU Verordening huwelijksvermogensrecht legt voor de vraag welke vormvereisten voor de rechtskeuze gelden een koppeling met de vormvereisten die lidstaten aan huwelijkse voorwaarden stellen. De auteur behandelt aan de hand van diverse voorbeelden de wijze waarop dit in de praktijk uitwerkt.

Met het programma IPR Huwelijksvermogensrecht stelt u snel, eenvoudig en nauwkeurig vast welk recht vanuit Nederlands perspectief van toepassing is op het huwelijksvermogensstelsel van echtgenoten.