Praktijkupdate bedrijfsopvolgingsregeling SW 1956 (zomer 2018) (KWEP 2018/22)
14-11-2018 | Categorie: Literatuur
Mr. J.C.L. Zuiderwijk
In dit artikel geeft de auteur een overzicht op de ontwikkelingen rond de bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet. Dit als voorbereiding op het seizoen 2018/2019. Het seizoen 2017/2018 kende de nodige relevante ontwikkelingen. Zo lijkt de vorming van het kabinet-Rutte III vooralsnog geen grote impact te hebben op dit voor het (groot)familiebedrijf ‘strategische dossier’. De kabinetsplannen maken geen melding van het willen uitvoeren van de eerder in het ‘brede’ eindrapport van de Studiegroep Duurzame Groei opgenomen ‘fiscale proefballon’, hetgeen naar het oordeel van de auteur past bij een betrouwbare overheid met een lange en bestendige beleidshorizon. Verder is nieuwe/hogere jurisprudentie gevormd over toepassing van de faciliteiten bij exploitatie van zakelijk vastgoed, de materiële ondernemingstoets in overige zin, de duiding van (overtollige) liquide middelen, de bezitseis en de verwerking van belastinglatentie. Ook in bredere fiscale zin waren er belangrijke ontwikkelingen te signaleren. Zo bevat het verzamelbesluit aanmerkelijk belang van 9 maart 2018, nr. 2018-27139, nieuwe, gewijzigde of verduidelijkte onderdelen die relevant (kunnen) zijn voor inkomstenbelastingaspecten van bedrijfsopvolging en kan voor de overdrachtsbelasting gewezen worden op het per 5 juni 2018 geactualiseerde beleid over ondernemingsfaciliteiten.
Houdt u zich bezig met bedrijfsopvolging en wilt u voor uw cliënten nauwkeurig het van schenk- en erfbelasting vrijgestelde ondernemingsvermogen kunnen berekenen alsmede de materieel en latent verschuldigde inkomstenbelasting? Maak dan snel kennis met het nieuwe online rekenprogramma Bedrijfsopvolgingsregeling.
Naar literatuur overzicht