De aandeelhouder of bestuurder krachtens levenstestament – new kid on the block of verdoolde? (WPNR 2018/7210)
22-10-2018 | Categorie: Literatuur
Mr. K.A.M. van Vught
Levenstestamenten plegen een algemene volmacht te bevatten in de zin van art. 3:62 lid 1 BW. Meestal strekt de volmacht zich ook uit tot handelen in de hoedanigheid van bestuurder of aandeelhouder van een rechtspersoon. Hoe rechtsgeldig is de aandeelhouder of bestuurder krachtens levenstestament eigenlijk? Kan de volmacht in een levenstestament zich gezien Boek 2 BW wel uitstrekken tot (een deel van) het handelen als aandeelhouder of bestuurder? Art. 2:117 lid 1 BW (NV) en art. 2:227 lid 3 BW (BV) bepalen dat een aandeelhouder zijn vergaderrechten ook bij schriftelijk gevolmachtigde mag uitoefenen. Wel kunnen de statuten volmachtverlening uitsluiten of beperken. Voorts behandelt de auteur of de volmachtverlening in strijd is met de vennootschappelijke orde (art. 3:40 BW). Volgens de auteur is dit niet aan de orde, omdat de volmacht niet beoogt het stemrecht permanent of onherroepelijk aan de gevolmachtigde over te dragen. De levenstestateur verleent de volmacht voor het geval waarin hij niet in staat is concrete situaties te voorzien. Derhalve concludeert de auteur dat geen sprake is van strijd met de vennootschappelijke orde. Moeilijker ligt het ten aanzien van een volmacht tot het uitoefenen van bestuurstaken, wanneer de levenstestateur bestuurder is maar geen aandeelhouder of de macht mist een ander in zijn plaats tot bestuurder te benoemen. Naar buiten toe dient een volmacht door de rechtspersoon te zijn verleend, dus niet door een bestuurder in persoon. Alleen als de bestuurder in kwestie zelfstandig bevoegd was de rechtspersoon te vertegenwoordigen, is een levenstestament een oplossing. Intern gaat men ervan uit, dat een verhinderde bestuurder slechts volmacht kan verlenen aan een mede-bestuurder om namens hem te stemmen in bestuursvergaderingen. Het persoonlijke karakter van de bestuurstaak zou volmachtverlening aan een derde in de weg staan. Ook het waarnemen van de bestuurstaak als zodanig is problematisch. De algemene vergadering of een ander bevoegd orgaan heeft de bestuurstaak immers opgedragen aan een specifiek persoon. Het gaat niet aan dat een ander die taak langdurig uitoefent met voorbijgaan aan de benoemingsbevoegdheid van de algemene vergadering, zonder dat die vergadering diegene kan ontslaan. Ten aanzien van de volmachtverlening voor bestuurstaken concludeert de auteur dat de volmacht een tijdelijk en terughoudend karakter moet hebben. Een levenstestament zal snel in strijd komen met de statutaire beletregeling in de statuten van de vennootschap. Volgens de auteur dienen de model-levenstestamenten op dit laatste punt te worden aangepast.
Naar literatuur overzicht