Verrekening, vermenging en gedwongen schuldtoerekening in familieverhoudingen (FTV 2018/30)
28-09-2018 | Categorie: Literatuur
Mr. dr. R.E. Brinkman en mr. J.M. van Anken
In dit artikel besteden de auteurs aandacht aan een aantal scenario’s waarin verrekening, vermenging en gedwongen schuldtoerekening een rol spelen. De aanleiding voor het artikel is het arrest van Hof 's-Hertogenbosch van 27 februari 2018, ECLI:NL:GHSHE:2018:818. Er wordt kort ingegaan op de verjaring van rechtsvorderingen. Aan de hand van een casus komt de situatie dat er een langstlevende echtgenoot is aan de orde, vervolgens de situatie dat de langstlevende overlijdt. Kan de vordering van de ouders op een kind verrekend worden, al dan niet via gedwongen schuldverrekening? Voor beide rechtsfiguren geldt dat verrekening in beginsel alleen mogelijk is zolang de aan de vordering verbonden rechtsvordering niet is verjaard. Is de rechtsvordering ten tijde van het ontstaan van de erfrechtelijke vordering nog niet verjaard, dan staat een daarna intredende verjaring niet aan verrekening in de weg. Is de vordering verjaard, dan staat dit verrekening in de weg. De rechter zou volgens de auteurs de gedwongen schuldtoerekening ruimhartig moeten toepassen, zoals het Hof 's-Hertogenbosch in voormelde uitspraak doet. Volgens de auteurs derhalve een terechte uitspraak.
Naar literatuur overzicht