Onderhoudsuitgaven voor monumentenpanden en legaat van het recht van vruchtgebruik aan de langstlevende echtgenoot (FTV 2016/17)

23-05-2016 | Categorie: Literatuur

Sinds 1 januari 2012 behoren tot de bezittingen in box 3 niet langer de goederen waarop een vruchtgebruik rust ten behoeve van de echtgenoot van een overleden ouder van de belastingplichtige op grond van een uiterste wilsbeschikking van die ouder dan wel op grond van buitenlands wettelijk erfrecht (art. 5.4 lid 3 Wet IB 2001). In de praktijk wordt dit aangeduid met ‘defiscalisering’. Sinds de invoering van de defiscaliseringsregeling heeft het vruchtgebruiktestament aan populariteit gewonnen. Het legaat van het recht van vruchtgebruik aan de langstlevende echtgenoot van een monumentenpand moet volgens de auteur echter worden afgeraden. De bloot eigenaren kunnen de uitgaven voor groot onderhoud namelijk niet in aftrek brengen, omdat het monumentenpand voor hen niets is aan te merken als bron van inkomsten.