Zaaksvervanging of vergoedingsrecht bij samengestelde rechtshandelingen (JBN 2016/16)
11-04-2016 | Categorie: Literatuur
Prof. mr. B.E. Reinhartz
De afgelopen jaren is diverse keren geschreven over de rechtsgevolgen van samengestelde handelingen, waarbij de ouders eerst geld lenen aan hun kind, de lening vervolgens (deels) kwijtschelden onder uitsluitingsclausule, waarna met het geld een perceel wordt aangekocht. De vraag is vervolgens of dat perceel tot de gemeenschap behoort of privé is. Op 1 mei 2015 heeft de Hoge Raad de gelegenheid gekregen om zich over deze constructie uit te spreken (ECLI:NL:HR:2015:1199). Het geval speelde nog onder het oude recht, waarbij op grond van analoge toepassing van art. 1:124 BW werd aangenomen dat als een goed voor meer dan de helft met privégeld wordt aangeschaft, het wederom een privégoed is. Thans staat een algemene regel in dezelfde zin in art. 1:95 lid 1 BW.
Naar literatuur overzicht