Een hanteerbare regeling voor het levensonderhoud van een kind na overlijden van een ouder (WPNR 2015/7066)
08-06-2015 | Categorie: Literatuur
Mr. J.H.M. ter Haar
Op grond van art. 4:35 BW hebben kinderen, die de leeftijd van 21 jaar nog niet hebben bereikt, onder omstandigheden aanspraak op een som ineens in de nalatenschap van een ouder. De jurisprudentie over dit artikel is zeer schaars. Alleen de Rechtbank Amsterdam (ECLI:NL:RBAMS:2010:BO8410) en de Rechtbank Midden-Nederland (ECLI:NL:RBMNE:2014:7147) hebben tot op heden een uitspraak gedaan over art. 4:35 BW. In dit artikel legt de auteur de beide, tegenstrijdige uitspraken naast elkaar. De bedoeling van deze vergelijking is dat zij leidt tot inzicht in de elementen waarmee rekening gehouden kan worden bij het ontwerpen van een nieuwe, beter hanteerbare regeling ten behoeve van het levensonderhoud van kinderen tot 21 jaar.
Naar literatuur overzicht