Latentie binnen de bedrijfsopvolgingsregeling (FBN 2014/42)
02-10-2014 | Categorie: Literatuur
Mr. A.J. Janssen
In dit artikel bespreekt de auteur het arrest van 12 juli 2013, ECLI:NL:HR:2013:26, waarin de Hoge Raad zich heeft gebogen over de systematiek van de bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet (BOR). De vraag in deze procedure was onder meer of de (83%) vrijstelling van de BOR ook kon worden berekend over het bedrag dat ter zake van de doorgeschoven inkomstenbelastingclaim over de stille reserves op de verkrijging voor de erf- of schenkbelasting in mindering mag worden gebracht. In de situatie dat de waarde van het verkregen ondernemingsvermogen 100 bedraagt en de latente inkomstenbelastingclaim 5, wenste de inspecteur de procentuele vrijstelling van de BOR slechts te verlenen over 100 -/- 5 = 95. De belanghebbende wenste de vrijstelling van de BOR te berekenen over 100 en niet over het saldo van het ondernemingsvermogen minus de latente inkomstenbelastingclaim. De Hoge Raad was er snel klaar mee en stelde de belanghebbende in het gelijk.
De bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet komt uitgebreid aan de orde in de opleidingen Specialist Bedrijfsoverdracht, Estate Planning Specialist en Aanmerkelijk belang en BOR.
Naar literatuur overzicht