Huwelijkse voorwaarden en bescherming tegen schuldeisers (Estate Planner Digitaal 2012/10)
18-10-2012 | Categorie: Literatuur
Mr. P.J.T. van Gompel
Tot het begin van de kredietcrisis in de zomer van 2007 lieten echtparen hun huwelijkse voorwaarden vooral beoordelen uit fiscale motieven. Thans is de angst voor potentieel verhaal door schuldeisers één van de redenen om huwelijkse voorwaarden tegen het licht te houden. Veelal willen echtgenoten onder alle omstandigheden realiseren dat de echtelijke woning niet bloot staat aan verhaal door schuldeisers. Mede in verband hiermee ziet men in de praktijk dat echtgenoten hun woning op naam van de niet ondernemende echtgenoot willen zetten. Ook heeft de auteur de indruk dat periodieke verrekenbedingen weer strikter worden nageleefd en met betrekking tot het verleden afgewikkeld. Er zijn ook echtgenoten die in gemeenschap van goederen zijn gehuwd en besluiten huwelijkse voorwaarden in te voeren die uitsluiting van iedere gemeenschap van goederen inhouden. Dit biedt echter geen bescherming tegen op dat moment reeds bestaande schuldeisers. Art. 1:102 BW bepaalt immers dat de echtgenoot die voor ontbinding van de gemeenschap niet aansprakelijk was voor een bepaalde gemeenschapsschuld na ontbinding van de gemeenschap hoofdelijk is verbonden met de andere echtgenoot. De echtgenoten worden hier per saldo dus niet beter van. In dit artikel belicht de auteur de aandachtspunten bij het opstellen van huwelijkse voorwaarden met als doel bescherming tegen eventuele toekomstige schuldeisers. Daarbij besteedt zij aan de hand van enige jurisprudentie tevens aandacht aan de consequenties van het bepaalde in art. 61 Fw.
Het online vakblad Estate Planner Digitaal verschijnt zes maal per jaar en bevat artikelen over actuele onderwerpen op het gebied van estate planning.
Naar literatuur overzicht