De Hoge Raad en het bezitsvereiste bij verjaring: hoop voor de economisch eigenaar? (Estate Planner Digitaal 2012/01)
17-02-2012 | Categorie: Literatuur
Mr. W.J.J.G. Speetjens
De Hoge Raad heeft op 9 september 2011, LJN BQ5989, een arrest gewezen in een zaak waarin een koper van een onroerende zaak de eigendom van die zaak niet verkreeg door een overdracht maar ten gevolge van (een beroep op) verjaring. Naar aanleiding van dit arrest rees onder meer de vraag of een economisch eigenaar na verloop van twintig jaar door verjaring eigenaar kon worden. Een verkrijging door verjaring is anders dan die ten gevolge van een overdracht fiscaal aantrekkelijk: de verkrijger is in het eerste geval geen overdrachtsbelasting verschuldigd. In het verleden zijn met enige regelmatig onroerende zaken in economische eigendom overgedragen, met name door ouders aan hun kinderen. Men trachtte met deze constructie de waardestijging buiten de heffing van erfbelasting te houden. Tot 31 maart 1995 was de economische eigendomsoverdracht vrij van overdrachtsbelasting.
In deze bijdrage komt uitgebreid de civielrechtelijke kant van zowel het arrest van de Hoge Raad als de daaraan voorafgaande uitspraken aan de orde. Voor een helder begrip worden eerst de feiten samengevat, zoals die blijken uit de diverse uitspraken. Vervolgens wordt aandacht besteed aan de theoretische aspecten van het leerstuk bezit. Daarna worden de drie uitspraken kritisch besproken. Tot slot volgt een antwoord op de vraag of een economisch eigenaar inderdaad door middel van een beroep op verjaring de heffing van overdrachtsbelasting kan ontgaan.
Het online vakblad Estate Planner Digitaal verschijnt zes maal per jaar en bevat artikelen over actuele onderwerpen op het gebied van estate planning.
Naar literatuur overzicht