Hof Arnhem-Leeuwarden 5 april 2022, ECLI:NL:GHARL:2022:2633
01-07-2022 | Categorie: Jurisprudentie
Aanbiedingsregelingen bij verkrijging aandelen door legataris
Erflater hield samen met zijn drie broers aandelen in een B.V. Bij testament heeft erflater een stichting opgericht en deze benoemd tot enig erfgenaam. Daarnaast is een legaat opgenomen op grond waarvan alle aandelen zullen worden overgedragen aan de neef van erflater. De statuten van de B.V. kennen twee aanbiedingsregelingen: een blokkeringsregeling en een aanbiedingsplicht. In geschil is of de executeur verplicht is om bij de uitvoering van het legaat de aandelen eerst aan te bieden aan de broers als overige aandeelhouders. De broers menen van wel en hebben conservatoir beslag tot levering op de aandelen doen leggen. De stichting vordert opheffing van het beslag. Het hof oordeelt dat de aanbiedingsplicht een specialis vormt van de blokkeringsregeling en derhalve voorgaat. In de bepaling van de aanbiedingsplicht is bepaald dat deze verplichting vervalt als er door het overlijden van erflater afstammelingen in rechte lijn van grootvader rechten kunnen doen gelden op de aandelen. Hiermee staat naar het oordeel van het hof vast dat de executeur gehouden is de aandelen aan te bieden aan neef. De opheffing van het beslag, waartoe is geoordeeld in eerste aanleg, wordt vervolgens bekrachtigd.
Meer informatie:
Naar jurisprudentie overzicht