HR 18 oktober 2019, ECLI:NL:HR:2019:1594
01-11-2019 | Categorie: Jurisprudentie
Erfgenaam heeft recht op eigen WOZ-beschikking ook al is (door executeur) bezwaar gemaakt tegen de WOZ-beschikking van erflater
Belanghebbende heeft in 2012 onroerende zaken geërfd. Zij heeft de gemeente verzocht een eigen WOZ-beschikking als bedoeld in art. 26 Wet WOZ af te geven, maar dit verzoek is afgewezen. Het hof heeft in navolging van de rechtbank geoordeeld dat deze afwijzing terecht is. Volgens het hof heeft de executeur in de nalatenschap namens alle erfgenamen bezwaar gemaakt tegen de WOZ-beschikking die op naam van de erflater was gesteld. Art. 26 Wet WOZ strekt niet zo ver dat ook in zo’n geval een nieuwe rechtsingang moet worden geboden.
Thans heeft de Hoge Raad de uitspraak van het hof vernietigd en geoordeeld dat belanghebbende wel recht heeft op een eigen WOZ-beschikking. In de wetsgeschiedenis is geen onderscheid gemaakt tussen het geval waarin de nieuwe gebruiker of genotsgerechtigde enig rechtsopvolger is van degene die aan het begin van het kalenderjaar het genot heeft van de onroerende zaak krachtens eigendom, bezit of beperkt recht en het geval waarin de nieuwe genotsgerechtigde door erfopvolging medegerechtigd is geworden tot die eigendom dan wel dat bezit of beperkt recht. Gelet op de tekst en strekking van de bepaling moet het ervoor worden gehouden dat ook laatstbedoeld geval door art. 26 lid 1 onder a Wet WOZ wordt bestreken. Hieraan doet niet af dat de executeur “namens de erven” bezwaar heeft gemaakt tegen ten name van de erflater afgegeven WOZ-beschikking. De WOZ-waarde is niet alleen van belang voor de hoogte van de nalatenschap maar ook voor de belastingheffing van individuele erfgenamen. Daarbij is mede van belang dat uit de rechtsverhouding tussen de executeur en de erfgenamen niet zonder meer voortvloeit dat de executeur ook bevoegd is namens de belanghebbende bezwaar te maken tegen de WOZ-beschikkingen voor zover de waardevaststelling verdergaande betekenis heeft voor de belastingheffing ten aanzien van haar dan de belastingheffing die betrekking heeft op haar aandeel in de goederen en schulden van de nalatenschap.
Meer informatie:
Naar jurisprudentie overzicht